Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Trouw, 3 mei 202 en is onderdeel van

Standbeeld ‘De Vrouw als Vrije Mens’, voor feministe Wilhelmina Drucker, in Amsterdam (foto Lucia de Vries)
Een kleine 600 standbeelden richtte ons kleine land voor personen op maar vrouwen maken daarvan slechts 16 procent uit. Dat blijkt uit een uitgebreide inventarisatie over de periode 1815-2020. Een flinke minderheid dus, waaronder ook nog eens ruim een derde die van koninklijke vrouwen.
“[H]oe komt het, dat nergens in heel Nederland een standbeeld staat, zelfs geen kleintje, van simpel hout dan maar, van een vrouw?” De ‘goede vrouw’ van columnist Fidelio van het Haarlems Dagblad kon het in 1917 niet uitstaan dat stenen vrouwen enkel als allegorie werden ingezet om ‘al die prachtige eigenschappen van Mijnheer den Man’ te verbeelden.
Vrouwen maakten sindsdien een inhaalslag, maar toch blijft hun aantal steken op 109 van de 587 personenstandbeelden. Daarvan maken koninginnen en gravinnen 36% uit. De onderwerpkeuze voor de resterende vrouwen is traditioneel en niet bepaald divers: 17% is geestelijke of weldoener, 12% verzetsvrouw of Holocaustslachtoffer, 11% auteur en 10% lokale heldin of dorpsfiguur. Daarnaast is sporadisch een feministe, kunstenaar, sporter en burgemeester op de sokkel geplaatst.
Alle vooruitgang ten spijt, blijkt bovendien dat de verhouding tussen mannen- en vrouwenbeelden door de eeuwen heen nauwelijks is verbeterd. In de negentiende eeuw was het aandeel vrouw 17%, in de vorige eeuw 19% en in de huidige eeuw blijven we tot nu toe steken op 20%.
Ook is er sprake van een hiërarchisch verschil: terwijl burgermannen eerder herkenbaar en ten voeten uit worden verbeeld, wordt voor vrouwen sneller voor een lager gewaarde borstbeeld of kop, of voor een allegorie gekozen. Bovendien zijn mannenstandbeelden vaker dynamisch terwijl die van vrouwen eerder een passieve uitstraling hebben.
Historica Els Kloek, initiatiefnemer van het project ‘1001 vrouwen’, is niet verbaasd over de uitkomsten: “Vrouwen doen pas een eeuw of iets langer mee.” We moeten er als samenleving wat meer druk op zetten, vindt Kloek. “Zodra we achteroverleunen worden vrouwen als eerste weer vergeten. Het gaat om een eeuwenoude achterstelling; we hebben ook op dit gebied nog veel in te halen.”
Geef een reactie